12 oktober 2025

naar Mývatn (11)

Op de elfde dag van onze tiende IJslandreis zetten we in feite onze terugreis in: we hadden immers het meest oostelijke punt van de Arctic Coast Way, die helemaal het uiterste noorden van IJsland afgaat, bereikt... maar dat betekende niet dat we onderweg terug niets meer zouden gaan doen... in tegendeel er stonden nog héle mooie dagen op het programma.

De ochtend van die dinsdag 23 september gingen de tassen, het eten en alles anders weer de koffer van onze suv in. We hadden die ochtend eens kunnen uitslapen, maar dat was ons toch niet echt gelukt. Iets na negenen waren dus weer op weg. We hadden die dag zo'n 150 km af te leggen.
Het eerste gedeelte van de route was dezelfde als wat we de dag nadien gereden hadden. Dit was zo niet op voorhand gepland, maar doordat we de dag voordien besloten om onze dagplanning tegenwijzerzin te rijden, was dit zo. Daar waar we de dag voordien naar het oosten reden toen we de "Þjóðvegur / 1" opdraaiden, reden we nu naar het westen. Op dat moment van de dag was het nog zonnig en weinig bewolkt. We hadden dus een héél mooi uitzicht over de omgeving. 


Doordat we zowel in 2007 als 2022 in deze regio 'een ommetje' maakten reden we nu in 'nog onbekend' gebied... en wat prachtig was het daar! Er waren geen echte bezienswaardigheden om te stoppen onderweg, maar wat een uitzichten! Met het heldere weer konden we verschillende, deels besneeuwde, bergen zien, maar ook de desolaatheid van dat gebied. In het dal was de sneeuw gesmolten waardoor daar het groene mos, de lava, maar ook de zwarte vulkaanassen van uitbarstingen van o.a. de Askja die, na decennia maar ook eeuwen, nog overal liggen. We kregen zelfs de Herðubreið vanaf de Ringweg te zien! Deze gigantische tafelberg lag misschien wel 50 à 75 km verderop!

Op Road.is hadden we gezien dat de F88 afgesloten was. Die F88 is de moeilijke binnenland- en bergroute naar de Herðubreið en Askja die we de dag nadien, met een tour, zouden gaan nemen. De F-weg begint aan de Ringweg. Op onze planning stond om deze een kort stukje te rijden tot in de krater Hrossaborg, maar echt aan het hele begin was de weg al afgesloten... we hoopten wel dat onze tour van de dag nadien tóch door zou gaan, ookal was de weg afgesloten.


Toen we onze eindbestemming, de regio rondom het meer Mývatn, naderden, besloten we, aangezien het nog niet eens middag was, om de krater "Viti" (of hel) van vulkaan Krafla te gaan bezoeken. In 2022 waren we er niet geweest. In 2007 waren we de hele krater, rondom het fel blauwe kratermeer, rond gewandeld. Vanwege de grote hoeveelheid modder die aan je schoenen blijven plakken vanwege de samenstelling van de krater was de wandeling best zwaar. Ine had zich daarom voorgenomen om niet die hele toer te gaan wandelen, enkel naar het blauwgroenige meer te gaan kijken... maar de realiteit was sowieso anders: sinds ons bezoek werd de bezoekersparkeerplaats veel hoger op de krater aangelegd. Hierdoor was het geen pittige klim alvorens het kratermeer te zien. Door de smeltende sneeuw was één gedeelte van het kraterpad afgesloten. Johan kon dus maar aan één kant van de krater wandelen. Het zicht dat hij had, was indrukwekkend omdat hij over de hele regio kon zien. Het kratermeer heeft trouwens een doorsnede van 320 meter en is dus erg groot. De vulkaan Krafla zelf ligt nog achter de Vitikrater. Het vulkanische systeem van Krafla is waarschijnlijk een 25-tal kilometer in doorsnede, al zijn er die menen dat het tot 100 km van de vulkaan loopt... tot in schiereiland Melrakkaslétta... in het begin van dit schiereiland zagen we, enkele dagen eerder, overigens nog lavavelden van enkele van de uitbarstingen van Krafla...



We hadden parkeergeld moeten betalen om op die parkeerplaats te mogen staan. Dit parkeergeld was geldig op de parkings van de drie gebieden van het Kraflagebied: voor de Vitikrater, met zicht op de Krafla krachtcentrale en voor het geothermische gebied van Leirhnjúkur... dus vonden we dat we het meeste uit dat parkeergeld te halen als mogelijk... en bezochten we ook de twee andere gebieden... die hadden we waarschijnlijk anders niet bezocht: het zicht op de fabriek hebben we, net zoals Leirhnjúkur, in 2007 en 2022 gedaan. Ze zijn zeker de moeite, maar anders was het waarschijnlijk iets geweest wat we zouden doen, moest onze tour van 24-9 niet doorgaan of de dag nadien.

Het gebied rond de Krafla is de afgelopen eeuwen meerdere malen actief geweest. Van recentere datum zijn een reeks aardbevingen tussen 1975 en 1984. Tijdens 9 erupties ontstond er een spleet van ongeveer 7,5 kilometer. De lava die hieruit kwam werd bekend als de Kröflueldar, ofwel Vuren van Krafla. Het zijn deze uitbarstingen geweest die de warme lavavelden bij Leirhnjúkur op dit moment nog doen roken

Bij de solfataren bij berg Leirhnjúkur was het extra mooi ditmaal omdat de kleuren er goed uitkwamen door de zon én omdat er nu ook nog sneeuw bij lag. Het pad dat je over het lavaveld van 1975-1984 kon maken, was helemaal anders dan eerder. Het doempt er nog langs alle kanten vanuit die lava omdat die nog steeds heet is. Op die plekken kan je natuurlijk niet wandelen.



We besloten om ook om alvast nogmaals het geothermisch veld "Hverir" bij bergpas Námaskarð te bezoeken. We wilden profiteren van de zon om de mooie kleuren van de warmwaterbronnen, solfataren en fumarolen te zien (en fotograferen). Het gebied blijft mooi! In 2022 vonden we al dat er minder echte modderpotten waren als in 2007. Dit was nog zo. Alles zag er wel weer anders uit. Die continue hitte, gepruttel en gebroebel zorgt toch steeds voor verandering.
Toen we weer naar de auto wandelden, merkten we op dat het ondertussen al veel bewolkter was dan toen we aankwamen. Het was dus een goede beslissing van ons om nog van die zon te profiteren. De rest van de middag bleef het immers bewolkt.

Het volgende wat we deden, en wat we zeker die dag moesten doen, was langs het meer Mývatn, naar  Bezoekerscentrum Gígur gaan. Ine wilde namelijk, voor tijdens onze 13e dag, gaan vragen naar wandelingen in de regio die we nog niet deden. En ze vroeg zich af of het effectief mogelijk was om naar de basaltkolommen en canyon Seljahjallagil te wandelen... en zoals ze verwacht had, was dat te ver. Om er heen te rijden, hadden we een hogere jeep nodig omdat er een kleine, maar diepe, rivieroversteek te maken was.


Het bezoekerscentrum ligt aan het gebied Skútustaðagígar, een groen gebied rond en in het meer met pseudokraters. Nadat we, best laat ondertussen, gepicknickt hadden in de auto wandelden we ook hier even rond... grappig dat dit fenomeen enkel op IJsland en ... Mars voorkomt... Het zijn kraters, maar niet gevormd door kraterpijpen en magma, maar door lava en water...

Ondertussen was het 16u geworden en konden we bij Vogahraun Guesthouse binnen. We zouden drie nachten overnachten in het moderne, grote en goed onderhouden guesthouse langs meer Mývatn. 
Al snel nadat alles op onze kamer en in onze koelkastbak stond, moesten we weer vertrekken. We hadden nog geen annulatie ontvangen voor onze tour naar Askja 's anderendaags, dus gingen we ervan uit dat deze, ondanks de afgesloten weg, gewoon door ging. We moesten dan nog boodschappen gaan doen voor onze lunch en avondeten tijdens die tour... en we kochten ook onze eerste fles water op IJsland... Het water van de kraan is er zo zuiver en lekker dat we steeds onze eigen flessen vullen. Twee van onze drie platypuswaterzakken, nogal goedkope exemplaren, waren echter beginnen lekken en hadden we dus weggegooid... en dus moesten we extra water kopen... en die fles vulden we tijdens de verdere vakantie steeds weer met kraanwater...

Aan het plaatselijke tankstation en de plaatselijke supermarkt Krambúðin waste Ine nog de auto. Aan vele tankstations in IJsland is dat een gratis service. Vooral de achterkant van de auto's wordt nogal behoorlijk vuil van over gravelwegen te rijdenl. De nummerplaat had Ine nog al eens schoon gemaakt de dagen voordien, maar de rest kon ook een poetsbeurt gebruiken.


Ine had op de planning ook nog een wandeling staan, maar daar was het te laat voor geworden. We reden dan met de auto naar beide plaatsen in plaats van naar beide te wandelen (en terug).
Bij de eerste plek, Stóragjá, waren we nog niet geweest. Stóragjá is een thermale warmwaterbron die in het verleden door de locale bevolking gebruikt werd om in te baden. Om er te geraken, moet je afdalen in een soort van begroeide lavatunnel of -kloof. Je kan er een lang stuk doorheen wandelen. Ook kan je er, via kettingen, koorden en ladders in afdalen, maar dan kom je meteen in het blauwige water terecht. Dat wilden we niet. We klauterden wat doorheen de kloof, maar besloten op een gegeven moment dat het veiliger was om gewoon weer naar boven te gaan.
Sinds de Krafla-uitbarstingen tussen 1975 en 1984 daalde de temperatuur van het water plotseling. Ook kwamen er algen en potentieel gevaarlijke bacteriën in het water gevonden. Om deze reden, wordt afgeraden om nu nog in het water te gaan.

Een eindje verderop, in wat lijkt dezelfde lavatunnel of -kloof dan bij Stóragjá, ligt een veel bekendere warm watergrot, Grjótagjá. Deze bezochten we in 2007. Ook in deze grot werd gebaad. Anders dan bij Stóragjá steeg de temperatuur tot boven 50°C als gevolg van de uitbarstingen tussen 1975 en 1984. De opening naar de grot en het water is hier beter te zien dan bij Stóragjá... maar er stond een wachtrij om er binnen te gaan! De grot is bekend geworden doordat de locatie gebruikt werd (maar ook erg gemanipuleerd werd) in een aflevering van Game of Thrones... en de locatie is dus een must see en instagramhit geworden... We hadden echt geen zin om in de rij te gaan staan en besloten later tijdens ons verblijf in de regio wel terug te komen.


Johan had alweer verschillende avonden na elkaar gekookt. Het was dus nog eens tijd om uit te gaan eten. Hiervoor staken we gewoon de straat over. In die boerderij werd ook een restaurant ingericht waarvan we  heel goede feedback lazen. Vanuit het restaurant keek je, via een groot raam, de koeienstal in. Johan keek tijdens het eten naar de koeienkonten terwijl hij zijn rundsburger at. Ine keek naar een walgelijk etende Aziaat terwijl ze een vegetarisch potje at... waarschijnlijk was het zicht op die konten smakelijker dan op die Aziaat... maar het eten was wel weer érg lekker!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten