06 oktober 2024

Dag 2 in het noorden van Ierland (aangevuld)

Toen we op zondag 15 september '24 wakker werden, na onze eerste nacht in Ierland,was het aan het miezeren. Dit zou het de helft van die dag, in buitjes, blijven doen.

Onze wekker stond om 7:00 uur, maar, door de andere tijdzone, was het eigenlijk 8:00 uur... Dus écht vroeg was het ook weer niet, maar we hadden voor deze eerste ochtend wel meteen "tijdsdruk"... We hadden namelijk gereserveerd om om half 10 mee te gaan op een tour in de bekendste prehistorische vindplaats van heel Ierland, Newgrange World Heritage Site... een plek die niet zonder gids te bezoeken is. 

Alvorens te vertrekken, maakten we er even gebruik van dat er een grote, lege parkeerplaats was aan ons appartementje zodat Johan even kon rijden met ons autootje: Johan had nog nooit 'rechts' in een auto gereden en mogelijk dat hij dit deze reis wel zou gaan (moeten) doen... uiteindelijk bleek dit niet nodig want Ine haar overbelasting aan haar linkerschouder die ze vóór de reis had, zat op een andere plaats dan aan de spieren en pezen die ze nodig had om te schakelen.

...uiteindelijk kwamen we veel te vroeg aan aan het bezoekerscentrum voor Newgrange... maar beter dat dan te laat! We liepen alvast langs de uitleg in het bezoekerscentrum en dronken een tas koffie.

De plek wordt, vereenvoudigd, "Newgrange" genoemd. In het Iers wordt de plek "Brú Na Bóinne" genoemd, "het paleis van de Boyne", naar de grote rivier die er stroomt en die de reden was van de aanwezigheid van dit heiligdom in de prehistorie.

Brú Na Bóinne is in feite de drie ganggraven NewgrangeKnowth en Dowth, tientallen zogenaamde satellietgraven en nog vele andere prehistorische resten. Die satellietgraven zijn ook heuvels, maar ze zijn kleiner dan de gangraven. Ze liggen rond en in de directe omgeving van de grote gangraven. Ze hebben verschillende functies en dateren van dezelfde periode dan de grote. Verschillende zijn ook grafheuvels, maar ze kunnen ook dienen als offerplek of voor andere doeleinden... net als zoveel is dit niet helemaal duidelijk.
Volgens de resultaten van koolstofdateringen werd het bouwwerk zo'n 3200 v. Chr. (5000 jaar geleden dus) gebouwd, wat het circa 600 jaar ouder maakt dan de piramides in Egypte.

Om naar de bus te stappen om effectief met onze tour te starten (om half 10), moesten we de Boyne, waarnaar de hele beschermde omgeving dus genoemd is, over. Deze bus bracht ons naar onze eerste stopplaats, Knowth. Hier stond ons een gids op te wachten.

Knowth bestaat uit een grote grafheuvel met 18 kleinere heuvels eromheen. De grote heuvel is 12 meter hoog en 67 meter breed. Het hele gebied beslaat in totaal bijna een hectare. Er zijn twee ingangen in de heuvel, 1 in het oosten, 1 in het westen, die beide leiden naar een eigen grafkamer. Deze twee gangen zijn nooit verbonden geweest. De heuvel is omringd met 124 (3 zijn er niet meer) gedecoreerde stenen aan de basis van de heuvel. In totaal liggen er zo'n 200 van dergelijke grote, meestal al beide zijden, gedecoreerde stenen. De gids legde enkele uitgekraste 'verhalen' van op de stenen uit. Over wat de meeste tekeningen betekenen, tast men nog steeds in het duister. Er wordt geschat dat in Knowth een derde van alle neolithische kunst van heel West-Europa.

Bij de renovatie van Knowth werd boven de gedecoreerde stenen een betonnen laag aangebracht om te voorkomen dat de enorme hoeveelheid veen opnieuw naar beneden zou komen. De gids legde ons uit dat de betrokken archeoloog bij de renovatie van Knowth een andere interpretatie had dan die bij Newgrange. Deze was ervan overtuigd dat de grafheuvel omgeven was met enkele meters witte kwarts.

In de ijzertijd en vroege christelijke tijd werd deze heuvel als burcht gebruikt. Er werd ook een gang, van boven naar de rand, in de heuvel bijgemaakt. 

Nadat we volledig rond de grote grafheuvel gingen met de gids kregen we ook nog een film te zien met meer info. Hierin konden we ook zien hoe de heuvel er binnenin uitzag.

In de bijgevoegde filmpjes (niet van ons) krijg je meer info, maar zie je vooral hoe het er uitziet.

 

We namen na ons bezoek van Knowth weer plaats in de bus. En werden naar de bekendste van de drie heuvels gebracht, naar Newgrange. De derde grafheuvel, Dowth, is overigens niet te bezoeken.

Newgrange ziet er aan de basis anders uit dan Knowth. Zoals eerder geschreven, is dit een interpretatie van de archeoloog. De witte kwarts die teruggevonden werd, zou tegen de zijwand van de grafheuvel gestapeld hebben gezeten, aldus deze wetenschapper. Deze heuvel heeft een diameter van 85 meter en is op het hoogste punt 13 meter hoog. Hier is slechts één ingang en gang. Deze gang is 19 meter lang. Hier konden we wel naar binnen. Je moest je er goed bukken en op plaatsen was het erg smal om uiteindelijk in een kamer met drie nissen terecht te komen. Volgens archeologen beelden deze drie nissen respectievelijk het hiernamaals, het aardse leven en de onderwereld uit. De nis rechts wordt gekenmerkt door megalithische tekens aan de bovenkant van de nis, dezelfde tekens die buiten de grafkelder ook te zien zijn. Op de bodem van de nis bevindt zich een komvormige steen, waarop (of waaronder?) archeologen resten hebben gevonden van vijf personen. In de nis aan de linkerkant bevinden zich op de wanden aan de zijkant tekeningen die doen denken aan een vis en een plant, en die waarschijnlijk de natuur symboliseren. Er wordt gedacht dat deze kamer enkel door een paar hooggeplaatste priesters/druïden bezocht werd. De winterwende speelde zeker een rol bij de bouw van de gang: Slechts een paar keer per jaar, in de vijf dagen rond de midwinternacht op 21 december, valt een lichtstraal de tombe binnen, en wordt de nis aan de voorkant gedurende 12 minuten verlicht... maar de betekenis of symboliek kent men (nog) niet...

In de Ierse mythologie is Newgrange, samen met andere neolitische tombes in de omgeving, de verblijfplaats van de Sídhe, de feeën/elfen/goden. In de Bronstijd werden er ook nog allerlei rituelen gedaan. En ook zou Newgrange de begraafplaats van Keltische opperkoningen zijn. Zij leefden echter pas tijdens de vroege middeleeuwen, véél later dus als toen de ganggraven gebouwd werden.

     

We vonden onze drie-urendurende tour echt de moeite waard: bijzonder hoe alles gemaakt werd, hoe veel er niet geweten is lokaal was het duidelijk een erg belangrijke plek...

Na ons bezoek aan de grafheuvels reden we naar het naburige stadje Drogheda. Hier wilden we voornamelijk iets gaan eten, maar voordien liepen we ook even door het stadscentrum. We gingen er de kerk binnen omdat er een hoofd zou liggen... 
en inderdaad, in een gigantisch gouden constructie staat het gemummificeerde hoofd van St.- Oliver Plunkett. Plunkett stond aan het hoofd van de Ierse katholieke kerk en werd in 1681 opgehangen en gevierendeeld door de Engelsen. De Britse koning Karel II liet hem berechten voor hoogverraad voor "het bevorderen van het katholiek geloof". Na zijn dood werd zijn lichaam verbrand, maar enkele gelovigen slaagden erin zijn hoofd te redden. Plunkett was de laatste katholiek die voor zijn geloof in Tyburn (nu een gedeelte van Londen) stierf en de eerste Ierse martelaar. Hij werd in 1975 heilig verklaard.
Verder was het enige interessante in Drogheda nog de oude stadspoort, Saint Laurence Gate
Deze stadspoort werd in de 13e eeuw gebouwd en diende om een grote afstand van rivier de Boyne te kunnen observeren. Om deze reden is de poort zo grotesk. Het was immers niet de belangrijkste toegang van Drogheda.

Niet ver van Drogheda liggen de resten van abdij Mellifont Abbey. Dergelijke abdijen waren toch echt immens groot! En hadden toch echt belachelijk veel rijkdom! Ze waren op een gegeven moment ook eigenaars van de gehele site van Newgrange... We konden helemaal gratis deze ruïnes verkennen, wat ons altijd opgewekt maakt omdat we liever geen geld wegdragen naar de kerk...
Deze eerste abdij van de Cisterciënzers in Ierland was van 1142 tot 1539 in gebruik. Hendrik VIII van Engeland, die met zijn vele vrouwen en de reden van het ontstaan van de Anglicaanse Kerk, liet de abdij sluiten.

Na het bezoek aan de abdij reden we naar "Monasterboice"... ook een katholieke plek... en ook gratis te bezoeken... "Monasterboice" ontstond in de late 5e eeuw. Momenteel zijn er nog een kerkhof, een zogenaamde 'Round Tower' en verschillende 'High Crosses'. 
Een dergelijke round tower is iets typisch Iers. De torens waren uitdrukking van een zekere financiële welstand van de kloosters. Het bezit van een vrijstaande toren in de onmiddellijke omgeving verhoogde het prestige van een klooster. Op de bovenste verdieping luidden de monniken klokken. Andere verdiepingen waren in gebruik als opslagplaats voor kostbare relieken en in een aantal gevallen als scriptorium waar monniken teksten schreven. Omdat de constructie niet erg stabiel was, liet het geen deur op de benedenverdieping toe. Er werd daarom, via een ladder, door een raam naar binnen gegaan.

De 'high crosses' zijn in feite typische Keltische kruisen. Het is een samenvoeging van het christelijk kruis met een heidens zonnewiel. In Ierland zijn ze louter cultuur-religieus en hebben ze geen politieke betekenis. Ze zijn best groot en worden o.a. aan graven geplaatst.
In Monasterboice staat het "Cross of Muiredach". Dit is een typisch hoog kruis: het is 5,2 meter hoog, het heeft op voor-, achter- en zijkanten verschillende taferelen uitgehouwen. Deze taferelen kunnen katholiek, heidens of van persoonlijke betekenis zijn... Mooi!

Omdat we nog even tijd hadden, stopten we al bij Proleek Dolmen en Proleek Wedge Tomb, die eigenlijk pas voor 's anderendaags op de planning stonden. In feite staan deze twee afzonderlijke neolithische overblijfselen op een golfterrein... met bijhorend bordje dat ze niet verantwoordelijk zijn als je geraakt wordt door een golfbal!
Beide grafresten dateren uit 3.000 voor Chr. Eentje was een rechthoekig graf. De andere was veel kleiner omdat er gecremeerde resten in bewaard werden. Beide waren wel "dolmen".
Er wordt geloofd dat, als je een (soms wordt drie gezegd) steen achterwaarts óp de Proleek Dolmen kan gooien, je een wens kan doen... er lagen heel wat steentjes op de bovenste steen... en neen, wij gooien niet met stenen...

Nadien was het al tegen zessen en vonden we het hoog tijd om naar ons hotel te rijden. Die nacht overnachtten we in Dundalk, in Hotel Imperial Dundalk. Nadat we een korte stadswandeling maakten, o.a. langs de bijzondere omheining van de kerk, aten we lekkere pubkost... en jawel, Ine at sticky trofee pudding mét warme vla!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten