Op zaterdag 21 september '24 waren we precies één week op het eiland Ierland. We werden wakker in Ballymoney in Noord-Ierland. Het bleef een bewolkte dag en werd niet warmer dan 16°C.
We reden terug naar de kust en stopten bij Dunluce Castle. We waren niet van plan om naar binnen te gaan, maar waren daar ook nog te vroeg voor. Ook vanaf Magheracross Car Park & Viewpoint wierpen we een blik op Dunluce Castle. Vanop die parkeerplaats zagen we het kasteel vanop de kust.Dunluce Castle is nu een ruïne, maar de muren zijn getuige geweest van een vete vol romantiek, verraad en tragedie tussen de clans McQuillan en MacDonnell.
Al in de dertiende eeuw werd er een kasteel gebouwd op de kliffen. Nadien kwam het in handen van de door de McQuillan-clan. Zij bouwden in 1513 het hoofdgebouw van het huidige kasteel. Dit werd heftig bestreden door hun rivalen, de McDonnell-clan, die uiteindelijk de gewilde locatie halverwege de 16e eeuw in beslag had genomen. In 1690 verlieten de McDonnells het kasteel nadat ze na een grote slag veel rijkdom verloren hadden.. Het werd sindsien gebruikt als bouwmateriaal voor omliggende gebouwen.
Op een gegeven moment in de 18e eeuw is, door het afscheuren van een rotsblok van de klif, een gedeelte van de noordermuur van het kasteel in zee gedonderd.
De ruïnes werden gebruikt op enkele platenhoezen (o.a. van Led Zeppelin). Ook werd het gebruikt voor Game of Thrones als het kasteel van Huis Greyjoy. Zij gebruikten de witte kalkkliffen in de omgeving ook als 'the Wall', de gigantische sneeuwmuur ter afscherming van alles duisters wat achter die Muur huist.
Drie kilometer verderop, bij White Rock Beach, parkeerden we opnieuw. We wandelden naar het strand en zagen daar enorm veel mensen achter elkaar aan lopen en bij een vlagje teruglopen... Het leek wel een wedstrijd waarvan wij de 'kneusjes' zagen. Achteraf lazen we dat het de "Portrush Parkrun" was: "een gratis, leuk, vriendelijk en wekelijks vijf kilometer gemeenschapsevenement voor wandelaars, joggers en renners, deelnemers of toeschouwers". Wij wandelden een eindje over het strand. De witte kliffen waren, door de donkere wolken, spijtig genoeg helemaal niet zo wit op dat moment. Eigenlijk wilden we er ook een wandeling door de duinen maken, maar blijkbaar ging dat niet.
Na een half uurtje rijden, reden we onder de "leeuwenpoort" door van het grote domein met Mussenden Temple & Downhill House in Castlerock. We dronken eerst een koffietje en Ine nam er een lekker koekje bij. Nadien wandelden we over de heuveltop en verkenden we het landgoed.
Het "Downhill House" is de ruïne van het 18e eeuws landhuis van de bischop van Derry, die ook de 4e graaf van Graafschap Derry, architectuurliefhebber en kunstverzamelaar was. De bouw van de woning startte in 1768. De woning, eerder kasteel, is gigantisch groot... Het woonhuis telde twee verdiepingen en had een binnentuintje. Achter het woonhuis lag een erg grote 'aanbouw' die kamers dienden als logeerkamers, opslagplaatsen, eetzalen, werkkamers en stallen. Deze 'aanbouw' deed, zonder dak en verdere decoratie, aan alsof het een militaire kazerne was, maar dat was in het begin dus niet zo. In WOII was het wel een kazerne van het RAF.
Ter ere van het huwelijk van de nicht van de graaf-bischop, Frideswide Mussenden, werd gestart met de bouw van het ronde Mussendentempeltje. Het diende als bibliotheek waar zijn nicht steeds terecht kon om te ontspannen. Na de dood van de dame werden haar assen erin ondergebracht en werd het een herdenkingsplaats en dus tempel. Het was geen geheim dat de graaf-bischop zijn nichtje erg mooi vond. Er werd dan ook geroddeld dat de graaf-bischop en zijn nichtje méér waren dan gewoon familieleden.
Het tempeltje heeft 16 kolommen en een koepel met daarboven een urn. Toen het als bibliotheek werd gebruikt, brandde er in de kelder voortdurend een vuur zodat, zelfs in slechtste weersomstandigheden, de boeken nooit vochtig waren. De binnendiameter is ongeveer 11 meter.
Momenteel staat de tempel op de rand van de klif, maar dat was in het begin niet het geval. Er werden stukken gevonden waarin beschreven staat dat er met een paardenkoets rond de tempel gereden kon worden. Erosie heeft al veel van de klif doen verdwijnen.
Verder lag er op het landgoed een grote ommuurde tuin en moestuin en een zomerhuis met duiventil voor de dochter van de graaf-bischop. Trouwens die "leeuwenpoort" waaronder we naar binnenreden, moesten geen leeuwen maar sneeuwluipaarden voorstellen... maar de persoon die deze beelden ontwierp, had deze dieren duidelijk nog nooit in het echt gezien... zó lelijk en bizar!
Overigens, de graaf-bischop had nog een ander landgoed dan enkel dit...
Ook nog in Castlerock, bezochten we Magilligan Point. Dit is het puntje van een van de grootste zandduinsystemen van de Britse eilanden. De afgelopen tijd is al meerdere keren geobserveerd dat de zandduinen slinken, maar ook weer uitbreiden. Naast natuurreservaat is het schiereiland de monding van Lough Foyle in de oceaan, is het de thuisbasis van Lough Foyle Ferry van en naar Greencastle op het Ierse schiereiland Inishowen en staat er een Martellotoren, genaamd Magilligan Martello Tower.
Zo'n Martellotoren hadden we nog zien staan onderweg. Het zijn verdedigingstorens die de Britten gekopieerd hebben van de Italianen omdat ze zo moeilijk in te nemen waren.
We wilden een wandeling door het Magilligan Point Nature Reserve maken, maar het leek dat we dan gewoon over het strand zouden moeten lopen omdat de duinen afgezet waren voor, wat leek op, militaire doeleinden. We besloten dan geen wandeling te maken en al langs St. Aidan’s Church te rijden. Dit was een ruïne van een katholiek kerkje dat gewoon op onze route stond. Deze ruïne, met een heilige bron, waren niet zo heel speciaal. Wat wel bijzonder was, is dat er graven rondom liggen van zowel katholieken als protestanten... en dat deze graven ook in de bermen van de parkeerplaats liggen.
Johan deed inspiratie op in een toeristisch foldertje dat bij onze slaapplek lag waardoor we naar Dungiven gingen. De Roe Estuary Nature Reserve schrapten we van onze planning. In Dungiven zochten we eerst het kasteel, Dungiven Castle. Op zich hadden we dit snel gevonden: het staat pal in het centrum, maar dat was geen ideale plek om het kasteel volledig te zien en te fotograferen. Na even zoeken vonden we een wandelpad naar een park, het kasteelpark zo blijkt achteraf, van waaruit we het kasteel in zijn geheel konden zien.
Johan deed inspiratie op in een toeristisch foldertje dat bij onze slaapplek lag waardoor we naar Dungiven gingen. De Roe Estuary Nature Reserve schrapten we van onze planning. In Dungiven zochten we eerst het kasteel, Dungiven Castle. Op zich hadden we dit snel gevonden: het staat pal in het centrum, maar dat was geen ideale plek om het kasteel volledig te zien en te fotograferen. Na even zoeken vonden we een wandelpad naar een park, het kasteelpark zo blijkt achteraf, van waaruit we het kasteel in zijn geheel konden zien.
Op de plek van het Dungiven Castle stond in de 12e eeuw al een eerste kasteel van Ierse adel. In de 13e eeuw werd het volledig verbouwd en kreeg het al meer de vorm van een fort. In de 17e eeuw namen de Britten Dungiven Castle in handen. De renovaties en verbouwingen uit 1639 gaven het fort zijn huidige vorm. In de late 18e eeuw namen de Fransen het fort voor korte tijd in. In de onafhankelijkheidsstrijd van de Ieren na de eerste wereldoorlog speelde het kasteel een een grote rol. Het werd namelijk het hoofdkwartier van de Royal Irish Constabulary, een paramilitaire, Britse politiemacht. Het IRA bracht zware schade aan aan het gebouw tijdens deze periode. Nadien lag het fort enige tijd te verkommeren. Lokale verenigingen bouwden het terug op en zo werd het in 2001 een budgetvriendelijk hotel. In 2009 werd het dan omgevormd tot een luxehotel met vier sterren... maar ondertussen, in 2015, werd het een Ierstalige school, Gaelcholáiste Dhoire genaamd. Mogelijk verklaart dit dat het er, het was zaterdag, zo ongelooflijk rustig was?
Na het kasteel gevonden te hebben, reden we wat verder door in het stadje. We vonden de "standing stone", een menhir, in een weitje met schapen. Alles was goed afgesloten, dus was het duidelijk dat de boer niet wilde dat er op zijn wei gekomen werd.
De menhir in Dungiven is 2 meter hoog, iets meer dan een meter breed en in de breedte oost-west georiënteerd. Volgens de traditie werd de steen opgericht ter gelegenheid van een eclectische bijeenkomst die hier in 590 na Christus werd gehouden, waarbij Columba van Iona aanwezig was. Tot het midden van de negentiende eeuw werd de steen ook gebruikt als eindpunt van een processie van Beltane (mei-avond).
Die menhir kwamen we overigens tegen toen we, te voet, onderweg naar Dungiven Priory waren. Een priorij is een soort klooster/abdij. Deze Augustijnse priorij, uit de 12e eeuw, vervangt een eerdere kerk. In deze ruïne liggen nog enkele grafstenen met tombes. Er zijn in de buurt van deze kerk ook nog funderingen gevonden van enkele gebouwen, waaronder een woning. En bij deze kerk ligt ook een 'heilige' bron waar, aan de lintjes te zien, nog e.e.a. aanbeden wordt.
Vervolgens stapten we weer de auto in en reden we naar de steencirkels "Auglish stone circles"... althans dat trachtten we... We zochten er naar, maar zagen ze niet. Het zouden er thans zes zijn! En, waar de gps de steencirkels aangaf, was geen parkeermogelijkheid... We hadden nog geen dagelijkse vakantieselfie genomen en wilden die nog eens bij een steencirkel nemen. Dergelijke steencirkels geeft immers verschillende linken naar andere reizen... maar helaas...
We reden dan maar naar het in de buurt gelegen Banagher Glen Forest Park. Op een infobord zagen we dat er, na een korte wandeling, een waterval lag... We hadden ook geen tijd meer voor een lange wandeling. Enthousiast stapten we er heen, al lachend dat we alsnog een mooie selfie zouden kunnen maken... maar was me dat een mini-mini-watervalletje, zeg! Nou ja, die selfie hadden we dan weer wel...
Vanuit het bos was het nog een dik half uur rijden tot aan ons appartement in Derry / Londonderry. Omdat we vonden dat we onderweg te weinig kans hadden gehad om een koffietje te drinken en iets lekker te eten, wandelden we nog naar een leuk koffiebarretje onderaan de heuvel waar ons appartement op lag.
Nadien maakten we gebruik van de wasmachine in ons appartement. Dit appartement hadden we speciaal om die reden gekozen: we zouden dan, na één week op reis, al onze beslijkte kleding kunnen wassen om weer fris gewassen aan te kunnen doen... maar we hadden juist helemaal geen bemodderde kleren, maar net bezwete kleren. Wassen deden we dus wel, maar om dus heel andere redenen ;-)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten