24 maart 2024

Bath & Bristol

Op vrijdag 15 maart reden we al vóór 9 uur bij Bluebell Cabin weg met weer al onze spullen in onze rode Clio. Het was opnieuw een regenachtige ochtend.

Onze bestemming lag op anderhalf uur rijden van Badsey, ons vertrekpunt. We reden naar Bath, in het westen van de Cotswolds.

Zoals we meestal doen bij een stedentocht wandelden we eerst naar een informatiepunt voor een stadsplannetje en gaan dan koffie drinken en een route uitstippelen... en wat aten we superlekker gebak met pudding bij het zaakje dat we uitkozen!

Bath is gebouwd in een natuurlijk soort amfitheater, omgeven door heuvels. Dat betekende dat we sowieso moesten stijgen en dalen. 

We wandelden langs de huidige thermische baden van Bath, een lelijk modern/futuristisch gebouw. En neen, we gingen er niet "badderen". We vinden warme bronnen in hun natuurlijke omgeving fijn om in te kruipen. Dit deden we al meermaals, namelijk op IJsland, in Canada, Ethiopië, Italië, Turkije en Hongarije. We gingen ookal naar van die moderne baden/spa's, maar dat is niks voor ons: dat zijn eigenlijk gewone zwembaden met water van een warme bron... dat is niet hetzelfde als zicht op zee of waterval, in een warme beek zitten of tussen het gras, bergen en stoompluimen... Hierbij heb je wat te zíen, in zo'n zwembad niet.

Al in de 9e eeuw voor Christus werd het warme water uit Bath gebruikt voor lichamelijke aandoeningen. Daarvoor al, zelfs in de IJzertijd, waren de bronnen gekend. Toen brachten ze er offers (of men weet waarvoor konden we niet direct terugvinden). In de Romeinse tijd, waarbij baden bij het sociale leven hoorde, werd er veel gebruik van gemaakt en werden er gebouwen voor en rond gebouwd. Zo ontstond er een stad... de stad Bath, die zijn naam er ook aan dankt. 

Het is niet helemaal duidelijk waarvan en van hoe ver het water precies komt. Wat zeker is dat het vanuit de Mendip heuvels komt, zo'n 50 km ten zuiden van Bath en van zo'n 2.500 meter diep. Op drie plaatsen in het stadscentrum komt het water naar boven. Als het water aan de oppervlakte komt is het zo'n 45°C.

Over het water wordt gezegd dat het helende krachten heeft. Zoals vele warme bronnen is het de warme en de minerale samenstelling van het water goed voor huid- en reumatische aandoeningen. Hier zouden een dip in dit water ook gezorgd hebben voor het oplossen van vruchtbaarheidsproblemen en aambeien.

De warme bron in de regio van Bath is overigens de enige in heel Groot-Brittanië. Er zijn wel nog vijf natuurlijke koudwaterbronnen, tenminste kouder dan 30°C. 

In Bath heb je veel pleintjes. Tegenwoordig liggen er vaak winkels, restaurants en pubs rond, maar voorheen waren het marktplaatsen.
We passeerden het Green Park Station, een oud station dat niet meer in gebruik is. Spijtig dat het stationsgebouw niet meer echt onderhouden is. Er zijn nu wel werkzaamheden bezig. Ook liggen er eet- en verkoopzaakjes maar het spreekt niet meer echt aan, althans ons toch niet... al gingen we toch even het platenzaakje dat er ligt binnen.

Het had steeds wat gemiezerd maar toen we naar onze volgende bestemming wandelden, het Royal Crescent, begon het goed door te regenen.

Deze "Royal Crescent" is een straat waarin in een halve cirkel of halvemaan ("crescent" in het Engels) gebouwd werd. Er werden 30 huizen aaneensluitend met elkaar gebouwd tussen 1767 en 1774. De straat is een van de beste voorbeelden van de georgiaanse architectuur. We hebben een dergelijke straat ook al in Londen gezien, maar blijkbaar is de straat in Bath de eerste van zijn soort.

Vervolgens kwamen we in een volgend staaltje van georgiaanse architectuur terecht: het "Circus". Dit is ook een straat, een ronde, met in het midden een parkje een grasveld en daar rondom een bomenrij.

The Circus is een historische ring van grote herenhuizen die een cirkel vormt met drie ingangen. Het werd  gebouwd tussen 1754 en 1769. Ook hiervan hebben we al, latere versies, in Londen gezien.

Vervolgens liepen we, nog steeds in de regen, terug hartje centrum in. Onze route bracht ons langs veel statige huizen, vele waar nu een chique boutique in zat en langs de culturele uitgaansbuurt van Bath, met onder andere het theatergebouw.

Toen we in de buurt van de basiliek en de abdij kwamen we ook bij de oude thermengebouwen. Langs buiten waren deze baden niet te zien, ook niet hetgeen waarmee de stad Bath altijd pronkt. We gingen daarom even kijken wat het kostte om de oude gebouwen binnen te gaan. We hadden geluk dat we er op vrijdag waren, weekenddagen waren immers nog duurder... maar we waren écht niet van plan om £ 21,50 per persoon (= € 25) om wat rond te lopen in die gebouwen, waarvan eigenlijk enkel de Romeinse baden interesseerden! De kleedkamers, pompinstallaties ed. interesseren ons immers niet: dat is overal hetzelfde.
We probeerden dan langs buiten een blik van de baden te krijgen, maar alles leek zo bemeten te zijn dat je juist niks kon zien... afzetters! We maakten daarom een selfie, nog steeds in de regen, van de gebouwen, de muren waaráchter het bad lag... We zullen wel naar Google Afbeeldingen kijken (hier) en voor die € 50 iets anders gaan doen!

Nadat we nog naar rivier de Avon, de Lower Avon ditmaal, de stuwdam en de Pulteney brug, uit 1774, waren geweest, waren we 'rond'. We sloten ons bezoek in Bath nog af met koffie... en gebak ;-)

Het volgende wat die vrijdag op ons programma stond was naar Bristol gaan. Daar hadden we voor twee nachten een hotelkamer in Moxy Hotel geboekt.
De twintigtal kilometers die we moesten rijden van Bath tot Bristol duurden zo'n uur... drukte en wegenwerken waar hier de oorzaak van.

We hadden de Moxy uitgekozen voor zijn ligging, vlak tegen het centrum. Het was zeker in orde... maar eigenlijk veel te duur... maar de prijs leek er normaal...

Aan de hand van een weinig gedetailleerd plannetje dat we in het hotel gevonden hadden en wat gegoogle, bekeken we hoe we naar het toeristisch infokantoor moesten wandelen. We wilden alvast een beter kaartje hebben om de route die we er zaterdag zouden gaan doen voor te bereiden... 
Terwijl we even op onze hotelkamer waren geweest, was het gestopt met regenen, wat toch een fijne afwisseling was.
De infopunten die we zochten, leken er niet meer te zijn en het infokantoor vonden we niet. De pijltjes erheen stopten ineens... We besloten er 's avonds nog eens naar te googlen.

Johan had twee adresjes van platenzaken doorgekregen en Ine wilde nog één bepaalde winkel bezoeken. Alle drie lagen in "Stokes Croft", een straat en (officieuze) wijk vlak buiten het centrum van Bristol. 

Bij het binnenstappen van het gebied leek het ons dat er een hippe, beetje vrijgevochten en alternatieve wijk ons te wachten stond. Dat is het zeker ook geweest, maar dat zal al enkele jaren geleden zijn geweest... Er was veel leegstand, er liepen veel zwervers en het zag er allemaal maar wat armtierig uit.

Ine vond niks in de winkel waarheen ze wou. Johan had nog meer pech want de platenzaakjes waren er gewoonweg niet meer.
We konden wel verschillende mooie street art-muren zien tijdens ons bezoek in Stokes Croft. Ook "The Mild Mild West" van de mysterieuze street art-kunstenaar Banksy miste onze aandacht niet. Banksy zou, zo denkt men, afkomstig zijn van Bristol.

We dronken een koffietje en liepen daarna terug naar het oude centrum van Bristol. We wilden er gaan eten. We hadden niet meteen geluk. We hadden immers niet gereserveerd en het was vrijdagavond... en aangezien de pubs vroeg sluiten, gaan de Britten best vroeg uiteten... dan kunnen ze het meeste uit hun avondje uit halen... lees: erg veel drinken...
We vonden uiteindelijk een plekje in een Indisch restaurant... waar we overheerlijk aten!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten