04 juli 2021

7e dag IJslandreis '21

Vrijdag 25 juni jl. startte (en eindigde) grijs en grauw. Om niet weer langsdezelfde weg te rijden - wat het nadeel is als je steeds vanuit één vaste plaats vertrekt - had Ine een iets langere, 'alternatieve' route uitgedacht... alleen... de laatste gravelweg die we moesten nemen tot onze eerste bestemming, helemaal in het "binnenland" van het schiereiland Reykjanes, was afgesloten... 

Waarom deze weg was afgesloten, stond enkel in het IJslands aangegeven, maar waarschijnlijk zal de weg nog in te modderige "winter"-staat zijn geweest om er over te rijden. Dit jaar zijn er trouwens veel binnenlandroutes veel langer afgesloten dan andere jaren...

...het enige wat er dan op zat was terugrijden, ofwel via de voorsteden van Reykjavík naar onze bestemming rijden... en we kozen voor het laatste.
Het was jammer van de omweg, maar op die manier konden we "Rauðhólar" (foto 1) in natuurreservaat Heiðmörk bezoeken, een plek waar we anders deze vakantie niet zouden komen.

Rauðhólar zijn een verzameling van pseudokraters van zo'n 5200 jaar oud... Pseudokraters komen blijkbaar enkel op Mars en op IJsland voor.
Zoals de naam Rauðhólar zegt, zijn ze rood van kleur. Het rood komt van het hoge ijzergehalte dat gevormd werd door een chemische reactie tijdens de uitbarsting. In oorsprong waren er veel meer rode kraters, maar deze werden o.a. gebruikt voor wegenwerken. Dit stopte toen het gebied Heiðmörk beschermt natuurgebied werd.
Heiðmörk is véél groter dan enkel het gebied dat wij bezochten... maar om meer te bezoeken hadden we de tijd niet voor én daar hadden we ook geen voorbereidingen voor gemaakt (zoals een goed plan). Rauðhólar ligt gemakkelijk bereikbaar, op de route tussen Selfoss en Reykjavík. We zullen zéker nog wel eens wat meer van dit natuurreservaat gaan bezoeken, maar dan willen we daar het meeste kunnen uithalen en niet, zoals die dag, 'zomaar op goed geluk' gaan rondrijden en wandelen.
Heiðmörk is 3.200 ha groot. Er werden tientallen jaren geleden duizenden bomen geplant, die zich vervolgens uitbreidden... en waarvan er afgelopen voorjaar vele in vlammen zijn opgegaan na bosbranden vanwege aanhoudende droogte.

Via die omweg kwamen we uiteindelijk aan waar we wilden zijn... : de regio van het vulkanische gebied
Krýsuvík... waar we van Kleiftarvatn, door de dichte mist, weinig tot niks zagen, maar waar we opnieuw genoten van het geothermisch veld Seltún (foto 2)... De huidige uitbarsting bevindt zich ook in dit gebied (maar meer westelijk). Of dat de reden was dat het gebied actiever leek dan tijdens ons vorig bezoek weten we niet, maar dat kan natuurlijk wel het geval zijn.


Nadien reden we, opnieuw langs de zuidkust van Reykjanes, naar Strandarkirkja... een typisch IJslands kerkje... een "legokerkje" zoals wij dat noemen...

In de 12e eeuw stond op de plaats van het huidige Strandarkirkja het eerste kerkje. Het is een protestants kerkje. HIER kan je het interieur zien... een typisch interieur van een legokerkje...

Een niet al te slimme en luie scholekster had wat steentjes in een bloempot op het trapje vóór het Strandar-kerkje gelegd en daar drie eieren op gelegd... en moest, uit angst, steeds haar nest verlaten als er bezoekers kwamen... en die kwamen er best vaak... zagen we omdat we ook in de auto picnickten op de parkeerplaats van het kerkje... of die eieren nog uitgebroed raken, zullen we nooit weten, maar hopelijk kiest de scholekster volgend jaar een betere locatie uit...

Ondertussen was het ook beginnen "miezeren" en bleef de bewolking heel laag hangen... de plek waar we wilden heen gaan om het panorama te bekijken, werd al vroeg op de dag van de planning geschrapt...

In Eyrarbakki liepen we even rond in het kleine centrum. Hier staan verschillende oude, kleurige huizen. Het oudste huis is van 1765.

In het Flói vogelreservaat, net buiten Eyrarbakki, keken we eerst vanuit een vogelkijkhut het moerasgebied in. Nadien wandelden we er een stukje door langs een smal, nat padje (foto 3)... Er waren niet heel veel vogels te zien en het weer was niet al te best. Johan wil daarom tijdens een toekomstige IJslandreis nog eens langs het reservaat gaan.

Het Flói vogelreservaat ligt in een moerasgebied van rivier Ölfusá. Die rivier is op die locatie heel erg breed en loopt er in zee... wat maakt dat er een 70-tal vogelsoorten voorkomen.

In het volgende kustdorpje, Stokkseyriduurde het een hele tijd vooraleer we vonden wat we zochten, namelijk het oude vissershuisje "Þuríðarbúð"... zelfs op de toeristische borden in het dorp stond het op de verkeerde plaats aangegeven... aarrrgghhh

Þuríðarbúð, een turfhuisje, wordt een museum genoemd omdat het er uitziet zoals het in oorsprong was. Het is gewoon gratis en in de zomer overdag toegankelijk. In feite lijkt de vissershut, zowel van buiten als van binnen, erg veel op de vikingboerderij van eeuwen voordien... Deze vissershut is genoemd naar Þuríður Einarsdóttir (1777-1863), een vrouw die grote bekendheid genoot omdat zij meer dan 50 jaar op een van de grote open roeiboten die op zee werden gebruik heeft gevaren, waarvan ongeveer 25 jaar als kapitein... tja, terwijl de "IJslandvaarders", die vanuit Duinkerke vertrokken, ab-so-luut geen vrouw aan boord wilden (vanwege ongeluk brengen), was dat in IJsland zelf dus al helemaal anders...

Buiten het dorpje Stokkseyri stopten we nog om een kort stukje te wandelen tot aan vuurtoren "Knarraros" (foto 4). Johan en Sarah beklommen de toren tot boven op de galerij. Ine bleef fijn beneden en binnen zitten...

Met de bouw van Knarraros werd in 1938 gestart. Het is de eerste vuurtoren in IJsland die van gewapend beton is. Hij is niet geverfd en is iets hoger dan 26 meter.
Aan deze vuurtoren start een 'vuurtorenwandeling'... maar zelfs voor een korte wandeling was het weer (gemiezer, felle wind aan zee en koude) maar niks ;oD

Onze volgende, en laatste, stopplaats was de turfboerderij "Austur-Meðalholt".
Toen we in het informatiecentrum over turfboerderijen over heel IJsland binnen gingen, leek er een vergadering aan de gang. Dit bleek de afscheidsdronk, met koffie en IJslandse pannenkoeken, van een groep enthousiastelingen die de geschiedenis van het bouwen met turf weer leven in zullen gaan blazen... nadat we even snel wegwijs gewezen werden, werden we, toen de groep weg ging, opnieuw onthaald... en mochten we de overgebleven IJslandse pannenkoeken en koffie verder opmaken... en daar zeiden we geen "neen" tegen! IJslandse pannenkoeken zijn zoete pannenkoeken in kwarten gevouwen met in één kwart enorm veel slagroom en bessengelei... Mmmmmmm!

Na ons "tussendoortje" kregen we de échte ontvangst met uitleg over de typische bouwstijl met turf en het jammere van het verdwijnen ervan... De vrouw van wie we de uitleg kregen, is echtgenote van een eigenaar van Austur-Meðalholt (foto 5)... Hij is bezig met de heropbouw van de turfboerderij waar hijzelf, zijn ouders en grootouders in woonden... ook deze turfboerderij was dus in verval geraakt nadat, zoals vele IJslanders, naar Reykjavík trokken.

Een turfboerderij is over heel IJsland ongeveer gelijk van structuur. Het enige verschil dat er was tussen rijk en arm was de grootte van de gebouwen. Allen woonden in vergelijkbare boerderijen met woonvertrekken, een "nette" kamer, stallen, rookhuisjes, drooghuisjes, bergruimten, werkhuizen, bakhuizen enz.  HIER kan je een plattegrondje zien, waarbij de ovale rupsachtige dingen de woonruimtes zijn ;-)
Voor de houten binnenconstructie werd wrak- en drijfhout gebruikt, dat in IJsland heel veel aanspoelt. Voor de buitenmuren werden lavastenen en turfmatten gebruikt. Of de turf enkel op het dak, enkel langs de muren of over de hele gebouwen gebruikt werd, was een beetje afhankelijk van de locatie in IJsland, de smaak en de aanwezigheid van materiaal, leerden we. We kregen al het materiaal te zien waarmee de turfmatten gestoken en bewerkt werden... en we begrepen waarom die enthousiaste groep een cursus moesten volgen over hoe te bouwen met turf! 't Is een stiel apart!
We waren in 2007 al eens in een dergelijke boerderij, maar dan echt ingericht als museum. Wat we daar zagen was hetzelfde als ditmaal, maar in 2007 kregen we enkel uitleg op papier... dan was de uitleg van deze vrouw toch wel uitgebreider en interessanter!

Op de route stonden nog enkele watervallen, maar daarvoor was het te laat geworden... en waren we, door zolang in de regen te staan, toch echt te nat geworden... en het was niet dat we nog geen watervallen zagen, hè ;oP

Geen opmerkingen:

Een reactie posten