05 december 2019

De Sommebaai en Het Kanaal

Volgens de weersvoorspellingen zou vrijdag 29 november 2019 de beste van onze vijf dagen in NW-Frankrijk worden... Hét moment dus om naar zee en omgeving te trekken!

Ault was het eerste plaatsje waar we heen gingen. Het ligt aan Het Kanaal en is bekend om z'n krijtrotsen en grindstrand (foto 1). Het wandelpadje dat we wilden afwandelen, was afgezet omwille van erosie. We wandelden wel nog naar de kerk van het dorpje. Dit lijkt een dambordgevel te hebben... best bijzonder! We zagen later ook nog andere van dat soort kerkjes in de buurt.

Vervolgens reden we naar Saint-Valery-sur-Somme. Dit stadje ligt aan de monding van de Somme in Het Kanaal. De monding is eigenlijk een grote baai (foto 2).

De baai van de Somme, met 7200 ha de grootste riviermonding van N-Frankrijk, is een beschermde plaats samengesteld uit wijde vlakten: duinen, moerassen en schorren volgen er elkaar op.

"Het Kanaal" is de zee tussen Groot-Brittannië en Frankrijk, die de zuidelijke Noordzee verbindt met de Atlantische Oceaan.


Saint-Valery-sur-Somme heeft een "modern" lagergelegen gedeelte en het hogergelegen stadsdeel bestaat uit nog vele middeleeuwse gebouwen. Wij waren het meest geïnteresseerd in het oude stadsgedeelte, al viel dit wel tegen omdat er eigenlijk helemaal niks stond aangegeven... en we er dus eigenlijk wat "doelloos" rondgelopen hebben.

Willem de Veroveraar vertrok overigens een keer vanuit Saint-Valery-sur-Somme om Engeland in te nemen. Deze, succesvolle, veldslag is nu bekend als de Slag bij Hastings.

Wat 's ochtends toch nog op een druilerige dag leek, veranderde naar de middag toe. De dikke wolken, met af en toe een druppel, maakten plaats voor een mooie blauwe hemel. Het bleef wel nog fris, zo'n 7°C.

Onze volgende stop was Boulogne-sur-Mer (foto 3). We wandelden er wat rond in de "ville haute" (ook hier ligt het oude stadsgedeelte hoger dan het 'moderne') en passeerden de middeleeuwse stadsmuur, het Belfort, de Onze-Lieve-Vrouwebasiliek, het mooie "ronde" kasteel van de graven van Boulogne.

In de middeleeuwen was Boulogne-sur-Mer de hoofdstad van het Graafschap Boulogne. Een van de graven was de vader van Godfried van Bouillon. Het graafschap was aanvankelijk leenplichtig aan het graafschap Vlaanderen, maar in 1212 door koning Filips II Augustus bij het Franse kroondomein gevoegd na de slag bij Bouvines
Aanvankelijk werd er een aan het Nederlands verwante taal gesproken, maar die werd in de 14de eeuw door het Frans verdrongen.

Boulogne-sur-Mer bestond ook al in de tijd van de Romeinen. Er was toen al een belangrijke haven. (Na de komst van de Kanaaltunnel is dit niet echt meer het geval.) Vanuit de stad vertrok een heirbaan naar Keulen.

In Wimereux slenterden we over de dijk, een zeedijk met verschillende, kleurige, sobere art-nouveau-huizen, en zagen we, in de kliffen, een gedeelte van de Atlantikwall liggen. We waren daar - enfin ook al in Boulogne-sur-Mer maar daar gingen we niet tot aan de zee - aan de "Opaalkust" aanbeland.

We zagen al in verschillende landen gedeelten van de (waanzinnige) Atlantikwall, een meer dan 5000 km lange verdedigingslinie, die Nazi-Duitsland tijdens de Tweede Wereldoorlog in de bezette gebieden heeft aangelegd ter voorkoming van een geallieerde invasie. Het was een aaneenschakeling van kustbatterijen, versperringen en ondersteuningsbunkers. Behalve artillerie tegen invasieschepen werd ook luchtafweer en antitankgeschut geplaatst.


Vanuit Wimereux reden we, langs de kust, nog meer naar het noorden, namelijk naar Audinghen. Daar reden we naar de kaap "Cap Gris-Nez". 

Het hoogste punt van deze, in zee uitstekende rots, is 50 meter hoog. Deze kaap vormt de plaats van het Europees continent die het dichtst bij Groot-Brittannië ligt. Op het "smalste" punt, is de zee hier slechts 28 km breed.

Doordat het zo helder weer was, konden we heel duidelijk de witte krijtrotsen van de kust in de omgeving van het Britse Dover zien liggen. Op foto (foto 4) is dat niet zo heel goed te zien.

Omdat de Noordzee er zo smal is, was het een belangrijke locatie voor Nazi-Duitsland. Van daaruit konden ze de zee overzien, maar konden ze ook tot op Brits grondgebied bombarderen.

Ook vroeger al werd de kaap als een belangrijke strategische plaats gezien en lag er halverwege de 16e eeuw het fort van Audinghen. Tijdens de bouw ervan veroverde Engeland dit gedeelte van Frankrijk, dus deed dat fort nooit echt dienst... Er zijn nu nog wel enkele tekenen van te zien tussen de (enkele) bunkers van de Atlantikwall die er nu ook nog liggen.

Iets verderop lag er in de "hoge" middeleeuwen het "Mottekasteel van Framezell". Het werd gebouwd in het jaar 1.000 tijdens de invasie van de Noormannen. Het kasteel was van hout. Dat is dus niet meer te zien, maar de typische heuvel waar mottekastelen op gebouwd werden wel nog. 

Velen willen dit gedeelte van de Noordzee ook graag overzwemmen. Dit lijkt "simpel", maar is het echt niet. Het record is in handen van een Australiër die in 2012 in 6:55 uur van Dover naar Cap Gris-Nez zwom. Er mag tegenwoordig alleen van Engeland naar Frankrijk gezwommen worden. Cap Gris-Nez is een punt waar de zwemmers vaak eindigen. 
 
16 km ten zuidwesten van Cap Griz-Nez ligt Cap Blanc-Nez. Daar tussen ligt de baai van Wissant.

De namen van de kapen, slaan overigens op de kleuren van de rotsen: Cap Gris-Nez heeft grijze of donkere rotsen, Cap Blanc-Nez witte. De naam Wissant komt van "wit zand".

Doordat je niet op het strand kan en echt óp de rotsen staat, zie je die rotskleuren niet. Deze zie je enkel van op zee... of, bij helder weer, vanop de Krijtrotsen bij Dover... als we daar eens in de buurt zijn, kunnen we een gaan kijken richting deze Franse kapen.

De top van Cap Blanc-Nez ligt 134 m boven de zeespiegel. Het krijt, die de witte kleur geeft, is afkomstig uit het Krijt, uit het Albiaan, Cenomaniaan en Turoniaan.

Toen we op Cap Blanc-Nez aankwamen, was de zon al onder aan het gaan. Op deze rots staat een herdenkingsmonument. Van op een bepaalde plaats zagen we nog resten van de Atlantikwall op drie verschillende hoogtes in de rotswand... Dat moet toch echt een indrukwekkend "bouwsel" geweest zijn...

Omdat uiteten niet zo'n succes was de avond voordien reden we terug naar Saint-Valery-sur-Somme, waarvan het "moderne" stadsgedeelte toch het meeste kans op een eetplekje zou geven... Ook daar was echter een en ander gesloten of pas om 19u open... maar toch vonden we nog iets waar we om half 7 al eten konden bestellen... en om 18u50 konden eten! 
PS: Vegetarisch is ook iets wat die Fransen nog niet kennen, precies...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten