16 juli 2018

ARCOPAR

Arcopar: de ARCO-aandelen die, o.a. door BACOB, niet als aandelen maar als spaarvorm verkocht werden aan 800.000 onschuldige, brave spaarders, maar die wél aandelen bleken te zijn (info)... Ine was/is zo'n brave spaarder... Ze kreeg een gedeelte van haar ouders op haar 18e en spaarde bij toen ze als verkoopster bij een bakker werkte...

Ine is ondertussen, via Deminor, een rechtszaak gestart om haar zuur verdiende spaargeld, of een gedeelte ervan, terug te krijgen van (o.a.) Beweging.net, de naam die het "ACW" aannam om een beter imago te krijgen...

Facebookgroep ARCOparia's bericht vandaag dit (lange, maar erg "interessante") artikel... Om se-ri-eus mottig van te worden!
Bah... Bah... Bah!

"Neem even de tijd om dit artikel te lezen en dan zal je zien dat je letterlijk bestolen bent door Belfius ex- Dexia, politiek, ACW en Swiggers & Co , ALS U DAN NOG NIET DE MOEITE VINDT , OM EEN VERZOEKSCHRIFT OP TE STUREN DAN WEET IK HET NIET MEER ! 

Het verhaal van Arco, een verhaal van politieke incest. Een levende schande
De laatste maanden is er in de media en in de politiek heel wat te doen geweest rond de vereffening van ARCO en de staatswaarborg die de Belgische politici aan de ARCO-coöperanten heeft beloofd. Met valse beloftes en leugens heeft men honderdduizenden mensen vaak voor ettelijke duizenden euro’s bestolen.

In deze editie van MacroTrends zullen wij proberen de ware toedracht van dit verhaal zo goed mogelijk uit de doeken te doen. De zaak ARCO is immers geen ver-van-mijn-bed show. Er waren in totaal meer dan 800 000 particulieren bij de zaak betrokken die een gemiddelde inleg van hebben gedaan van maar liefst € 1860 (voor een totaal bedrag van zo’n € 1,5 miljard).

Veel Arco-coöperanten hebben bovendien hun kinderen en kleinkinderen ingetekend zodat het bedrag in kwestie vaak vele malen hoger lag. Al die onschuldige en veelal goedgelovige coöperanten (waaronder ongetwijfeld een flink aantal lezers), zijn hoogstwaarschijnlijk hun zuurverdiende spaarcenten voor goed verloren.

Het zou dwaas zijn om als belegger geen lessen te trekken uit deze hele historie, een verhaal dat ons ook een goed beeld geeft van de machtsverhoudingen in dit land, de financiële wereld, van het ACW, de politiek en hun verstrengeling met de overheid.

Wat is ARCO?
De groep Arco was een Belgische coöperatieve holding, een holding die gecontroleerd werd door het ACW, de overkoepelende organisatie van onder meer het ACV, de Christelijke vakbond in België en de CM, de Christelijke Mutualiteit. Deze ogenschijnlijk onschuldige “maatschappelijke actoren” spelen echter een héél vuil spel.

Zoals Peter Dedecker in zijn laatste boek (“Een zuil van zelfbediening) heeft geschreven is het ACW één der machtigste organisaties in België met massa’s vertakkingen in alle geledingen van de maatschappij. Zo heeft het ACW bijvoorbeeld zowat alle toppolitici aangeleverd aan CD&V. Yves Leterme, Jean-Luc Dehaene, Koen Geens, Steven Vanackere en Hilde Crevits: allemaal zijn ze van ACW-signatuur.

Hoe de muizen in de val werden gelokt
Over naar het financiële luik. In de jaren ’90 en tot eind 2008 verkocht men via het (toenmalige) BACOB, Artesia, DEXIA en VDK, de ARCO-aandelenrekeningen met dividendkapitalisatie aan nietsvermoedende particuliere belegger, onder het mom dat het om een “exclusieve en veilige” belegging ging. 

In een toenmalige brochure werd de Arco-participatie als volgt voorgesteld:
“Het Arcopar aandeel: een veilige en rendabele belegging

Pagina 4: “Uw Arcopar-aandelenrekening. Een exclusieve en veilige belegging. Uw Arcopar-aandelenrekening is een stabiele en veilige belegging. Ze bestaat uit coöperatieve aandelen van Arcopar CVBA, één van de twee financieringsmaatschappijen van Groep Arco. Aangezien deze coöperatieve aandelen niet op de beurs worden genoteerd, krijgt u bij uittreding gegarandeerd de nominale waarde van uw aandelen uitbetaald. Bovendien stijgt – door het systeem van de dividendkapitalisatie – uw aandelenrekening jaar tot jaar in waarde.”

Over het feit dat er zekere risico’s aan die belegging vast hingen werd in die brochure met geen woord gerept. Sterker nog, ook in andere brochures werd keer op keer beweerd dat het om zogenaamde “risicoloze belegging” ging, onder meer omdat het Arcopar aandeel naar verluidt “niet op de beurs genoteerd” stond.

Daarnaast beloofde men de kleine belegger dat hij “gegarandeerd de nominale waarde van zijn aandelen kreeg terugbetaald” en dat men bovendien profiteerde van een aardig rendement. En helpen beloftes alleen niet genoeg, dan is er ook nog altijd goeie ouwe commerciële druk: wie een hypotheeklening wou bij BACOB aan een aantrekkelijk tarief moest het coöperatief aandeel kopen.
Op die manier haalde men bijvoorbeeld tussen 1995 en 2000 zo’n 900 miljoen euro op bij de kleine belegger en steeg het totaal aantal coöperanten tot zo’n 830 000. Allemaal mensen die later slachtoffer zouden worden van deze valse beloftes en leugens zoals later zou blijken.

Dexia, de onderliggende waarde van ARCO
Eind jaren ’90 gingen BACOB, BAC en Artesia op in Dexia. Van toen af aan veranderde de groep ARCO in een financiële holdingmaatschappij waarvan het overgrote merendeel van de activa bestond uit beursgenoteerde activa. Dit, in strijd dus met de informatie die in de beleggingsbrochure werd gegeven.

Maar er is meer. Het is zelfs in strijd met het feit dat ARCO, als een erkende coöperatieve vennootschap dit wettelijk niet mocht doen en zich niet mocht richten op speculatieve doeleinden. Maar als je via je eigen gekochte politici zelf je wetten kan laten stemmen is dat geen probleem. Men kon van de politiek bekomen dat de dividenden niet onderhevig waren aan roerende voorheffing.
Doorheen de jaren 2000 groeit het aandeel van Dexia in de portefeuille van ARCO bovendien stelselmatig en eind 2007 is 98% van de activa van Arcofin en 80% van de totale activa van de ARCO groep belegd in één beursgenoteerd bedrijf, namelijk Dexia. Arco werd op die manier één van de hoofdaandeelhouders van Dexia en had uiteindelijk maar liefst 13.92% van alle uitstaande Dexia-aandelen in handen.

Dexia in de problemen
Aanschouw wat hierdoor gebeurd is. De volledige toekomst van de spaarcenten van zo’n 800 000 coöperanten werd via deze wettelijke omzwerving op de beurskoers van één aandeel gezet. Een gigantische gok die uiteindelijk fataal zou blijken.

Eén en ander had tot gevolg dat men bij een daling van de koers van Dexia beneden de € 7,59 per aandeel (in het geval van Arcofin) en de € 6,46 per aandeel (voor Arcopar), niet meer in staat zou zijn te voldoen aan hun terugbetalingsverplichtingen aan de coöperant. Maar dat was maar een klein risico. De sky is the limit.

Echter … het verging Dexia anders. De koers zakte, en bleef maar zakken. Zo rond het midden van 2008 was de koers van Dexia zelfs dermate gezakt dat Arco bijna niet meer kon voldoen aan de verplichtingen ten aanzien van haar vennoten.

De groep Arco heeft haar coöperanten hierover (uiteraard) nooit eerlijk op de hoogte gebracht en in een wanhopige poging deze scheve situatie alsnog recht te trekken, heeft Arco indertijd nog eens € 350 miljoen geleend van Dexia – van Dexia! – om 35.3 miljoen (aan een koers van € 9.9) aandelen van Dexia te kopen in het kader van de toenmalige kapitaalsverhoging van Dexia.

De sfeer is goed
Daarnaast werden er in 2008 nog meer aandelen van Dexia bijgekocht in nog meer wanhopige pogingen om het zinkende schip drijvende te houden. Op het einde van 2008 had men in totaal zo’n 66.3 miljoen aandelen bijgekocht, en zaten er voor een totaal van 248 miljoen aandelen van Dexia in portefeuille.

Op 31 december 2008 bedroeg de waarde van het Dexia aandeel nog maar € 3.2 en was het kalf (de waarde van het aandeel lag reeds ruim onder de € 6.46) al lang verdronken. Bij Arco bleef topvrouw Francine Swiggers echter bij hoog en bij laag beweren dat het aandeel nog € 11.63 waard was. Men volhardde dus in de boosheid.

U moet zich de waanzin van een dergelijke beslissing maar eens voorstellen. Vennootschap A die geld leent bij vennootschap B om meer aandelen van vennootschap B te kunnen kopen. Dit gaat in tegen de elementaire basisbeginselen van beheer als goed huisvader.
Wettelijk gezien was zoiets dan ook illegaal volgens het handelsrecht. Echter, speciaal om deze interventie van ARCO alsnog te kunnen accommoderen heeft men de wet aangepast om deze illegale zet alsnog legaal te maken. Het ACW speelde dit echter klaar door haar CD&V pionnen van ACW-signatuur in te zetten.

Enkel in België is zo’n hallucinante belangenvermenging mogelijk. Nogmaals een bewijs van het risicovolle beheer van Arco, dat meer en meer beheerd werd als een hefboomfonds.

Winstbewijzen ACW
“Alle dieren zijn gelijk, maar sommige dieren zijn meer gelijk dan andere.” George Orwell, Animal Farm.

Toen in 1999 en 2000 de coöperatieve vennootschap BACOB overging in de coöperatieve Arcofin, werden de oude particuliere BACOB coöperanten vakkundig buitenspel gezet met de toekenning van winstbewijzen door hun vennootschap. In december 2000 werden 300 000 winstbewijzen uitgeschreven aan het ACW. Ook DVV verzekeringen schreef 130 000 winstbewijzen uit ten voordele van het ACW.
Deze uitschrijvingen van winstbewijzen waren nadelig voor de Arco-coöperant doordat een groot deel van de winsten van Dexia hierdoor rechtstreeks in de koffers van het ACW stroomden, nog voor de Arco-coöperant mee mocht profiteren. Nog maar eens een illustratie dat sinds de muizenval dichtsloeg, de Arco-coöperant een tweederangs vennoot was in heel het verhaal.

Ten belope van de periode 2002-2010 ontving het ACW op deze wijze zo’n 120 miljoen euro, ook gedurende de periode 2008-2010 werd hiermee doorgegaan. Terwijl heel het land zwaar moest meebetalen voor de enorme catastrofe die Dexia had aangericht, bleef het ACW schaamteloos dividenden incasseren.

De decadentie ten top
Maar het is nog niet gedaan. Begin 2013 kocht Belfius (de opvolger van Dexia) deze ondertussen waardeloze winstbewijzen over van het ACW voor een totaal van € 113.5 miljoen! Het ACW had zoveel invloed dat het er kon voor zorgen dat Belfius zwaar geld betaalde voor “winstbewijzen” van een failliete, niet langer bestaande, bank.

Het geld waarmee Belfius deze winstbewijzen overigens opkocht, komt rechtstreeks uit uw zakken. Belfius was namelijk toen al een bank die ettelijke miljarden euro’s van de belastingbetaler had ontvangen, als deel van zijn “redding”.

Wie of wat echter “gered” was, is nog maar de vraag. In totaal haalde het ACW op die manier een bedrag van € 233.5 miljoen uit Dexia (en later Belfius). En dit terwijl de particuliere coöperanten zelf hun € 1,5 miljard waarschijnlijk in rook zullen zien opgaan.
In maart 2013 rolde de kop van ACW’er en minister van financiën Steven Vanackere omwille van deze onfrisse gang van zaken. Hij werd echter vervangen door ACW’er Koen Geens die met zijn advocatenkantoor Eubelius jarenlang advocaat was geweest voor de Arco-groep. Andermaal het zoveelste geval van belangenvermenging in deze Arco-affaire. Het zou echter niet het laatste zijn.

Achtergrond Dexia
Het businessmodel van Dexia heeft altijd bestaan in het toekennen van kredieten aan kleine en lokale overheden. Dexia is ontstaan in 1999 na de fusie van het toenmalige Belgische Gemeentekrediet van België en het Franse Crédit local de France.

In een wilde, manische expansiefase heeft deze bank dan ook overal ter wereld banken (Verenigde Staten, Italië, Israël, …) overgenomen die een gelijkaardig businessmodel hanteerden.
In het jaar 2000 nam Dexia bijvoorbeeld het grote Ameriaanse Financial Security Assurance (FSA) over, een grote speler in het verlenen van kredieten aan kleine lokale overheden, een bedrijf dat later mee aan de basis van de ondergang van Dexia zou blijken te staan.

Door deze agressieve overnamepolitiek – hoofdzakelijk gefinancierd met geleend geld – werd Dexia op die manier de absolute nummer 1 in de wereld wat betreft het verlenen van kredieten aan kleine en lokale overheden.

Steden zoals Detroit, Pireus, Athene, Valencia en ga zo maar verder kregen kredieten ten belope van tientallen miljarden. Daarnaast werden grote hoeveelheden (ettelijke tientallen miljarden euro’s) aan Grieks, Italiaanse, Spaans en Portugees overheidspapier gekocht.

Onrealistische hypothesen
Er werd uit gegaan van het feit dat lokale overheden zelden failliet gingen en altijd in staat zouden zijn hun schulden af te lossen. Later zou blijken wat voor catastrofale vergissing dit wel niet was. De entiteiten waaraan Dexia zo massaal aan had geleend waren immers niet “Too big to fail”, maar “Too small to bail”.

Met andere woorden, wanneer deze kleinere entiteiten hun verplichten niet na zouden komen, wat met de komst van de financiële en economische crisis een absolute zekerheid zou zijn, zou er geen enkele grote natie of grote centrale bank alsnog klaar blijken te staan om deze kredieten alsnog af te lossen.

Deze crisis was dus absoluut gegarandeerd, aangezien de inkomsten van lokale overheden direct gecorreleerd zijn aan de belastingen die ze kunnen heffen, die op haar beurt gecorreleerd zijn aan de economische conjunctuur en de economische groei en de wereldwijde inflatoire kredietexpansie die deze kunstmatige groei aandreef.

Het failliet van Dexia stond met andere woorden in de sterren geschreven. Het was het unieke profiel van Dexia dat er voor zorgde dat, meer nog dan andere grootbanken, een heel fragiele bank was.

Borrowing short, lending long
Er was nog een bijkomend probleem was het businessmodel van Dexia, een businessmodel dat je overal terug vindt in de moderne bankwereld. Dexia leende namelijk geld uit op lange termijn en financierde die leningen door zelf geld te gaan lenen op korte termijn. De winst zit hem dan in de spread, niet in de waarde van de investering op zich. Van bankieren naar gokken dus.

Dit bracht met zich mee dat Dexia constant op zoek moest naar nieuwe financiering om die kortlopende leningen af te lossen (de zogenaamde short term roll-over financing), en meestal leende Dexia hiervoor bij andere banken (de zogenaamde interbancaire markt). Zolang het daarin goed gaat is er geen vuiltje aan de lucht. Maar eigen liquiditeit heb je bijna niet meer.

Eigenlijk verdiende Dexia geld door geld uit te lenen dat het simpelweg niet had. Het werd een handelsagent voor kredieten, eerder dan een bank. Deposito’s van klanten waren nog een bijkomstigheid, het echte geld viel te verdienen met de spreads op het kort inlenen en lang uitlenen. Een spel met héél veel risico.

Boem! Paukeslag!
Eind september 2008 vond dan het grote beursinfarct plaats en brak de financiële crisis ten volle uit. Dexia crashte, kon geen geld meer vinden op de interbancaire markt en moest met € 6.4 miljard nieuw (uit het niets gecreëerd) kapitaal gered worden door de Belgische staat (€ 3 miljard), de Franse staat (€ 3 miljard) en Luxemburg (€ 376 miljoen).

Daarnaast gingen de drie landen een staatswaarborg aan ten belope van € 150 miljard (België droeg voor 60.5% bij, Frankrijk voor 36.5% en Luxemburg voor 3%). Ook hier is die verdeling hoogst bedenkelijk, vooral als je weet dat Frankrijk zéér afhankelijk was van Dexia voor zijn gemeentelijke kredieten. Gewilde hulpeloosheid van onze Belgische onderhandelaars?

Een oplossing in de lijn van het Fortis-scenario (een afsplitsing tussen een Belgische tak en een bad bank) was veel beter geweest, maar dat was buiten de waard gerekend: het kapitaal van het ACW (de vakbond) moest kostte wat het kostte gered worden.

De ACW-pionnen deden hun werk uitmuntend: Yves Leterme (toenmalig premier), Jean-Luc Dehaene (voorzitter RvB Dexia sinds 7 oktober 2010) en Didier Reynders (“Commandeur” in l’Ordre de la Légion d’honneur van Frankrijk en toevallig ook, als bijkomstigheid, minister van Financiën van België) zorgden ervoor dat de belastingbetaler het gelag zou betalen.

Het ACW had met deze move via haar politieke pionnen haar belangen veilig gesteld en deze afgekocht met gigantische sommen (uit het niets gecreëerd) fiatgeld.

Duizelingwekkende verliezen
Om de schaal van de problemen van Dexia nog eens te onderlijnen, hier nog volgende gegevens. In oktober 2008 moest Dexia zo’n € 130 miljard lenen bij centrale banken. In mei 2009 moest ze ook nog eens voor € 100 miljard aan noodkredieten lenen van centrale banken.

Bovendien is in 2011 ook nog eens bekend geraakt dat het gedurende de periode 2008-2009, Dexia de grootste Europese “recipiënt” geweest is van de zogenaamde “discount window loans”, dit waren goedkope kortlopende kredieten uitgegeven door de Amerikaanse centrale bank, de FED, om noodlijdende banken uit de penarie te helpen.

Op die manier kon het bij de FED nog eens beroep doen op € 29 miljard extra noodkrediet.
In 2008 rapporteerde Dexia een verlies van ruim € 3 miljard, zo’n € 1.6 miljard op de verkoop van het Amerikaanse FSA (hetzelfde bedrijf dat ze in 2000 met veel tromgeroffel hadden gekocht), zo’n € 600 miljoen op haar beleggingsportefeuilles, zo’n € 800 miljoen aan verliezen op tegenpartijen (Lehman Brothers, IJslandse banken, enz)

Het bestuur van Dexia was niet alleen frauduleus en bezeten van grootheidswaanzin, het was bovendien nog eens zo onbekwaam dat het nog niet eens het bedrog van andere fraudeurs kon doorzien, met name van de legendarische Bernie Madoff. Want ook daar heeft Dexia geld aan verloren: zo’n 78 miljoen euro om precies te zijn. Je kan het inderdaad zo gek nog niet verzinnen.

Mark-to-model
Daar komt nog eens bovenop dat de verliezen hoogstwaarschijnlijk veel zwaarder waren dan de schamele € 3 miljard die gerapporteerd zijn geweest. Sinds de financiële crisis van 2008 dienen banken hun boeken immers niet meer te waarderen aan de geldende marktwaarde (mark-to-market), maar aan een theoretisch aangenomen waarde (mark-to-model).

Hallucinant, niet? Bij een mark-to-market-waardering zouden de verliezen onmiddellijk duidelijk zijn geweest in de jaarrekening en de balans. Bij een mark-to-model-waardering echter niet. Die theoretische waarde wordt bepaald door “neutrale en objectieve” experts … die in vele gevallen komen van andere grootbanken.

Moesten u en ik op dezelfde manier onze activa waarderen en onze boekhouding doen, we zouden allen al lang in de gevangenis hebben gezeten. In de wereld van de financiële sector is dit echter volstrekt normaal en op deze manier kunnen uiteraard gigantische verliezen tijdelijk onder de mat geveegd worden.

Politieke incest
Alsof de belastingbetaler nog niet genoeg gebloed had in deze financiële crisis (hij moest al opdraaien voor de problemen bij KBC, Fortis, Ethias en Dexia), krijgt Arco op 22 november 2008 gedaan van de regering Leterme dat de fameuze staatswaarborg op spaardeposito’s vanaf nu ook toepasbaar was op de Arco-coöperanten.

De waarborg had tot belangrijk psychologisch effect dat veel Arco-coöperanten braafjes hun geld bij Arco lieten staan, als dusdanig werd een “run op Arco” vermeden. Dit was belangrijk voor het kapitaal van het ACW, want zo werd vermeden dat mensen massaal hun geld weghaalden.

Keer op keer zouden politici en bestuurders het signaal sturen dat alles in orde zou komen met Arco, zelfs al waren ze zich maar al te goed bewust van het tegendeel. De staatswaarborg was de “ultieme” garantie om de coöperant zoet te houden. Er was een wet gestemd en een koninklijk besluit uitgevaardigd, dus alles was in orde.

Hoe leugenachtig de politiek wel niet is wordt duidelijk wanneer men beseft dat men bij voorbaat al wist dat Europa een dergelijke staatswaarborg voor Arco zou vernietigen op grond van het feit dat het bij deze helemaal niet om (spaar)deposito’s ging, maar om een financiële holding, een coöperatieve vennootschap met coöperatieve aandelen.

Alles dus, om de Arco-coöperant maar bij de zaak te houden. Op die manier werd het verlies veroorzaakt door het onverantwoord gokken van Arco op één aandeel (“Alles op rood meneer de croupier, alles op Dexia”), lees het gokken van ACW, integraal afgewenteld op de belastingbetaler. Onze staatsschuld zou plotsklaps met € 1.5 miljard stijgen. We leggen het maar op de hoop zeker?

Run on the bank
Zoals we eerder al hebben gezien, weten we dat de koers van het Dexia-aandeel cruciaal was voor het lot van Arco. Het aandeel zakte van € 3.2 eind 2008, naar € 1.21 begin maart 2009. Dit was voor Arco een catastrofe, want het betekende dat in één smak heel haar kapitaal was weggevaagd.

Een herstructurering van Dexia werd aangekondigd, en de koers van het aandeel zou voor de rest van 2009 tussen de € 4 en € 7.5 blijven schommelen. Een vereffening werd uitgesteld en Francine Swiggers, hoofd van Arco sinds de zomer van 2007 en al jarenlang lid van de raad van bestuur van Arco en Dexia, bleef ondertussen naar de coöperanten communiceren dat hun centen veilig waren.
Dit is, gezien de feiten, die voor iedereen toen al zichtbaar waren, je reinste onzin. Swiggers presteerde het zelfs in augustus 2011 te beweren nog dat Dexia te laag gewaardeerd was en dat daarom Arco het aandeel in eigen boeken aan € 8.20 zou waarderen, in plaats van de marktprijs. Dexia is waard wat wij zeggen dat het waard is!

In de zomer van 2011 laaide de crisis weer op en vond Dexia geen geld meer op de interbancaire markt om aan haar verplichtingen te voldoen. Op vrijdag 4 oktober 2011 vond er een run op de bank plaats en haalden klanten op één dag zo’n € 300 miljoen af van de bank. Dit werd eerder lauw gerapporteerd in onze media, dan écht besproken. Om evidente redenen natuurlijk.

Dexia toch failliet
Dexia bleek uiteindelijk toch niet meer aan zijn betalingsverplichtingen te kunnen voldoen, en op zondag 6 oktober 2011 beslisten de Belgische (onder leiding van Yves Leterme en Didier Reynders) en Franse regeringen ertoe Dexia te nationaliseren. Dexia Bank België NV en Dexia NV werden opgesplitst om het gezonde deel te redden en de overschot werd ondergebracht in de restbank Dexia.
Dit kostte de Belgische staat zo’n kleine € 4 miljard, daarnaast maakten de Belgische en Franse staat een akkoord over een staatswaarborg van € 90 miljard voor de “toxische activa” in de restbank. Van deze waarborg zou zo’n 60.5% ofwel € 54.45 miljard gedragen worden door België. Zo’n 15% van het BBP van België.

Per Belg van 1 tot 111 jaar komt dit neer op een totaal verlies van € 4 550 à € 11 363. En aangezien we weten dat maar 28% van onze bevolking actief is in de private sector en dat deze groep finaal zal mogen opdraaien voor deze lasten, komen we op een totaal bedrag van € 16 250 à € 40 584 per productieve Belg.

Dit bedrag is wat heel deze Dexia grap ons in de toekomst nog kan kosten bovenop alles wat ze ons al gekost heeft. Daarnaast volstaat het om er op te wijzen dat onze staatsschuld de eerste drie maanden van dit jaar met maar liefst € 17.1 miljard gestegen is tot een waanzinnige € 404.25 miljard.

Bovenstaand rekensommetje voor Dexia wat betreft schuld per Belgisch hoofd kan u uiteraard ook toepassen op onze staatschuld en voor het waanzinnige en onhoudbare tempo waarmee deze aan het stijgen is. Dus zelfs als u Arco-coöperant alsnog u geld zou terugkrijgen, u bent sowieso de sigaar.

Nog eens de cijfers
Insiders zijn het erover eens dat 80% van de problemen bij Dexia voor rekening te nemen zijn van de Franse poot van Dexia. Op die manier heeft Frankrijk, België althans ten belope van de staatswaarborg, voor minstens zo’n € 36 miljard in haar hemd gezet.

Daarenboven, blijkt het “gezonde deel van Dexia” nog steeds structureel verlieslatend zijn. Luc Coene, gouverneur van de Nationale Bank van België, schat dat de ontmanteling van Dexia de Belgische staatsschuld met in totaal zo’n € 125 miljard kan laten exploderen.

Erik Geenen, succesvol belegger, analist en beleggingsactivist die de financiële crisis reeds lang heeft zien aankomen en die het in het verleden steeds bij het rechte eindbleek te hebben, schat de verliezen geassocieerd met Dexia op minstens € 50 miljard euro.

Oud werknemer Bernhard Ardaen schat de verliezen voor de Belgische schatkist op € 3 miljard per jaar en dit 10 jaar aan een stuk. Ook het feit dat de Dexia holding nog over een gigantische derivatenportefeuille beschikt, maakt dat de eigenlijke verliezen niet juist in te schatten zijn.

Ons kent ons
Op 27 september 2011, tien dagen voor het einde van Dexia en drie dagen voor de laatste dag dat Arco-coöperanten konden uitstappen, verkondigt de voorzitter van de raad van bestuur van Dexia, Jean-Luc Dehaene, God hebbe zijn ziel, in de media nog aan iedereen dat er geen problemen zijn met Dexia.

Eind 2011 verliest het Dexia-aandeel echter al haar waarde op de beurs en wordt € 0,0 per aandeel waard. Aandelen die men in augustus 2008 nog gekocht heeft voor € 9,9 per stuk. Arco kijkt aan tegen een put van € 2,48 miljard. Arco gaat in vereffening en Francine Swiggers, hoofd van Arco, wordt prompt gebombardeerd tot voorzitter van de raad van vereffenaars van Arco.

U leest het goed! Francine Swiggers is dus aangesteld geworden om haar eigen fouten te gaan analyseren. De kans dat de waarheid dan ook naarboven komt tijdens de vereffening van Arco is dan ook nihil te noemen. Zij mag immers de deksel van haar eigen beerput spelen.

Als coöperant heb ik (Yannick Verdyck) het recht om de algemene vergadering van Arco bij te wonen. Op 26 juni jongstleden heb ik dan ook de algemene vergadering van Arco (dat in vereffening is) bijgewoond. Het was meteen duidelijk dat de vereffening zeer langzaam verloopt (doelbewust?).
Van de originele 800 000 gedupeerden van Arco al zo’n dikke 100 000 coöperanten gestorven en van de 690 000 overgebleven gedupeerden waren er zo’n 60 vennoten aanwezig, dat betekend dat maar 0.009% van het totaal aantal stemgerechtigden aanwezig was.

Nu al is duidelijk dat hoogstwaarschijnlijk alle primaire en secundaire schuldeisers vergoed gaan worden (lees de banken, VDK, de leningen aan Belfius), voor de tertiaire schuldeisers echter, de Arco-coöperanten, voor hen is er met absolute zekerheid niets te redden. Hoogstens 5 % van het kapitaal van de coöperanten zal op deze manier vergoed kunnen worden.

Ons kent ons … bis
Eind 2011 heeft men vanuit verscheidene hoeken bij het grondwettelijk hof klacht ingediend tegen het feit dat de staatswaarborg de Arco-coöperanten (indirecte aandeelhouders van Dexia) bevoordeelde ten opzichte van de gewone (directe) aandeelhouders van Dexia die niet mee konden profiteren van een eventuele staatswaarborg.

Nadat de zaak meermaals is uitgesteld geweest, werd de definitieve uitspraak in de zaak in april 2014 nog eens vakkundig over de moeder aller verkiezingen getild (mei 2014). Ogenschijnlijk lijkt dit onschuldig/ongelukkig toeval, wanneer we echter nauwkeuriger gaan kijken naar de samenstelling van het grondwettelijk hof, vinden we volgende mensen terug:
  • Baron André Alen, “onafhankelijk” voorzitter van het Grondwettelijk hof en voormalig kabinetschef van Wilfried Martens en Jean-Luc Dehaene; volledig neutraal.
  • Rechter Trees Merckx, voormalig beroepspolitica voor CD&V; volledig neutraal.
  • Rechter Erik Derycke, 23 jaar beroepspoliticus voor SPA, voormalig staatssecretaris, minister van ontwikkelingssamenwerking, 4 jaar minister van buitenlandse zaken; volledig neutraal.
  • Rechter Etienne De Groot, 19 jaar beroepspoliticus voor VLD; volledig neutraal.
Het bovenstaande illustreert duidelijk dat heel dit circus doorgestoken kaart is. Het toont nog maar eens aan dat onze rechtstaat een farce is en een misdaad, indien die maar groot genoeg is, gelegaliseerd kan worden. De kleine man echter, die blijft in de kou staan.

Het tillen van deze hele zaak over de verkiezingen is trouwens géén kleine zaak. Was de bom voor 25 mei gebarsten, dan had dit ettelijke procenten gescheeld voor bepaalde partijen. Dankzij interventie van Europees president Herman Van Rompuy (ex-ACW) laat het verdict van de Europese Commissie echter op zich wachten tot na die datum. Neen, het houdt niet op.

Conclusie
De tactiek van het ACW/CD&V/Belgische machtselite is duidelijk: poppenkast spelen met zelf gekochte politici, die niet in het belang van de bevolking optreden, maar in het belang van hun eigen lucratieve zaakjes. Voor de rest: pappen en nathouden, en vooral de goegemeente op het verkeerde been zetten.

Boven alles probeert men verder ook de tijd te rekken. Met een zeer lange vereffening die nog 10 jaar kan aanslepen heb je ruim de tijd om iedereen te blijven beloven dat ze hun geld gaan terugzien.
Ik kan u echter vertellen dat de Arco-coöperant zijn geld nooit meer zal zien. Onze dieven-politici zullen zich uiteindelijk verschuilen achter het vonnis van Europa, goed wetende dat dit vonnis er vanaf het begin zat aan te komen.

Nochtans is er een oplossing mogelijk. Het ACW, de ware schuldige in heel het verhaal, beschikt immers over vele miljarden (onder andere in belastingparadijzen) en is perfect in staat de mensen die ze zelf gedupeerd/bedrogen heeft schadeloos te stellen.

Zelfs al zou maar 1 % van de Arco-coöperanten naar de algemene vergadering komen en haar geld terugeisen van het ACW, dan zouden bij de volgende Algemene Vergadering 6 900 coöperanten aan de deur staan.

Men rekent op de staat, die het allemaal wel zal regelen, en dit nog maar eens op de rug van de belastingbetaler zal schuiven. Maar de belastingbetaler moet niet opdraaien voor hun fraude. Het 
ACW moet hier zelf voor opdraaien.

Dat is zeker mogelijk – de betrokkenen kunnen niet beweren dat ze niet over genoeg geld beschikken. Maar dan moet de bevolking wel uit zijn luie zetel komen. Wie onderneemt actie?"

Geen opmerkingen:

Een reactie posten